AQUAMARIJN
Chemische samenstelling: Be3Al2(SiO3)6 + K,Li,Na + (Fe)
Mineraalgroep: ringsilicaat, berylfamilie
Kristalstelsel: hexagonaal
Vorming: primair
Hardheid: 7,5 tot 8
Kleur: lichtgroen tot lichtblauw, bijna kleurloos, doorzichtig tot doorschijnend
Glans: glasachtig, mat
Vindplaatsen: Brazilië, Madagascar, Oeral, VS, Nigeria, Afghanistan, Pakistan, Ierland
Bewerking: cabochon, facet
Aquamarijn kristalliseert in zeszijdige prisma’s. De kleur komt door bijmenging van ijzer en doet aan zeewater denken.
Aquamarijn wordt gevormd in pegmatieten, onder voorwaarde dat de magmatische oplossing voldoende is verrijkt met beryllium.
De mooiste aquamarijnen worden gevonden op puinhellingen en in aanslibsels, die na verwering van het moedergesteente zijn afgezet.
Een bijzonder aspect van aquamarijn is dat de steen blauw of kleurloos is, afhankelijk van de hoek waaronder de steen bekeken wordt.
Is de steen niet mooi van kleur dan kunnen ze worden verhit om een blauwere tint te krijgen.
Al in de derde eeuw voor Christus werd aquamarijn gebruikt om broches van te maken met verzonken gravures, zogenaamde intaglio’s.
Vaak hadden deze afbeeldingen met de zee te maken.
De naam komt van het Latijnse aqua, wat water betekent en marina, wat zee betekent.
Voor het slijpen is een goede kwaliteit aquamarijn nodig. |
|