NEFRIET
Chemische bestanddelen: Ca2(Mg,Fe)5(Si8O22)(OH)2 + OH,F
Mineraalgroep: ketensilicaten
Kristalstelsel: monoclien
Vorming: tertiair
Hardheid: 6 tot 6,5
Kleur: groen, ook andere kleuren, doorschijnend, ondoorzichtig
Glans: glasachtig, zijdeachtig
Vindplaatsen: Nieuw-Zeeland, China, Peru, Duitsland, Polen, Rusland, Italië, Alaska, Brazilië
Bewerking: cabochon, polijsten
Nefriet is cryptokristallijn en heeft massieve, vervilte kristalvezels. Het is bijzonder taai. Nefriet is een variëteit van actinoliet.
Veel wordt gevonden in Nieuw-Zeeland in serpentijngesteente, als rivier- en strandgrind.
Het komt in allerlei kleuren voor, maar het meest gewild is de groene nefriet.
Nefriet hoort bij de jadegroep en komt meer voor dan jadeïet.
Net als jade wordt nefriet gebruikt voor decoratie- en kunstvoorwerpen. Chinezen bewerken de steen al eeuwen lang en maken hiervan het mooiste sierwerk.
Nog steeds is China één van de belangrijkste centra voor het bewerken van nefriet.
In de oudheid werd nefriet gebruikt voor het maken van wapens, dit vooral vanwege de taaiheid van het materiaal.
Nefriet is niet altijd gemakkelijk te bewerken door de onregelmatige structuur.
De naam komt van het Griekse ’nephros’, dat nier betekent. In de Middeleeuwen dacht men dat de steen goed was bij nierproblemen.
|
|